Zelf-diagnose en controle bij koperblazers

Tips en basisbeginselen

Wees eens eerlijk: wens jij soms ook niet dat je voormalige leraar of professor je weer eens op de proefbank zette? Zou het niet eens noodzakelijk zijn, om je kennis weer eens grondig te laten testen?  Dit is niet altijd mogelijk, bijvoorbeeld als de favoriete trompet-docent niet meer beschikbaar is.
Het doel van een goede les zou moeten zijn, om van scholieren zelfstandige musici te maken, die hun muzikaal en technisch vermogen objectief en gedecideerd kunnen bestuderen en verbeteren. Hiervoor zijn leerbegrippen en controlemiddelen noodzakelijk, om hen te helpen door middel van constante zelfdiagnose op de hoogte van de  actualiteit te blijven.
In mijn voorafgaande artikel "praktijkgericht oefenen", leg ik mijn  werkwijze uit met behulp van een "checklist". Als privé-piloot heb ik geleerd de routine van het alledaagse met dit "werktuig" onder de knie te krijgen en daardoor slordigheid en vluchtigheid tegen te gaan. De parallellen met de muziek zijn duidelijk, want bij beide beroepen wordt constant nauwkeurigheid  en zekerheid gevraagd. De "human factor" met al zijn mogelijke gebreken moet zo goed mogelijk gecontroleerd worden. Je kunt zelf zo’n checklist gebruiken, om insluipende fouten tegen te gaan.
Laten we de belangrijkste problematiek belichten, die op den duur vaak ongemerkt optreedt.

De embouchure: horizontaal en verticaal

Vele blazers oriënteren zich onbewust op de proporties van hun instrument. Bij de trompet bijvoorbeeld, liggen links en rechts van de ventielen buizen (beker- en mondbuis met mondstuk). Daarom wordt zich er vaak onbewust naar de ventielen als middelpunt gericht. Resultaat: de embouchure verschuift naar rechts, omdat het mondstuk rechts van het midden ligt.

De embouchure: verticaal Het is aan te bevelen de verticale aanzet van het mondstuk te controleren, omdat de luchtstroom en de lichtheid van het trillen van de lippen (en daarmee van de kwaliteit van de klank) sterk afhankelijk zijn van de evenredigheid van de boven- en onderlip in het mondstuk. Dit soort individuele omstandigheden als de vorm van de lippen, zul je niet met standaard regels moeten benaderen. Duidelijkheid over een goede embouchure zul je krijgen met de volgende Oefening: hou het instrument loodrecht naar beneden; leg de rand van het mondstuk aan de onderlip en blaas in een hoek van 90° in het mondstuk. Wanneer het geruis van de stromende lucht een volle klank verkrijgt, neem dan het hele instrument gewoon omhoog. Zo heb je de optimale embouchure gevonden, omdat een vrije luchtstroom mogelijk is. De rand van het mondstuk mag de onderlip niet plat drukken, maar er moet voldoende ruimte blijven zodat de lip nog vrij kan bewegen, om de lucht het mondstuk in te voeren (naar het springschans principe).

hou het instrument loodrecht naar beneden; leg de rand van het mondstuk aan de onderlip en blaas in een hoek van 90° in het mondstuk.

Zo heb je de optimale embouchure gevonden, omdat een vrije luchtstroom mogelijk is. De rand van het mondstuk mag de onderlip niet plat drukken, maar er moet voldoende ruimte blijven zodat de lip nog vrij kan bewegen, om de lucht het mondstuk in te voeren (naar het springschans principe). 

Oefeningen voor het mondstuk:

"Back to the roots"zou je kunnen zeggen, wanneer oefeningen voor het mondstuk als basis van het koperblazen worden beschouwd. Welke professor of leraar heeft zijn scholieren niet geleerd, om deze oefening als warm-up te doen. Maar met de tijd werden deze oefeningen gewoon omzeild en vergeten.
Maar juist het werk met het mondstuk is de sleutel naar de oplossing van vele problemen met de embouchure. Het instrument bespelen is vaak veel makkelijker dan de zuivere en goed geïntoneerde klankvorming op het mondstuk. Mijn dringend advies: begin in ieder geval weer met het mondstuk in te spelen.
Literatuurtip: "The buzzing book" van James Thompson.

Voorbereiding van de toon:

De voorbereiding op de eerste toon na een pauze is heel belangrijk voor de zekerheid. Het dagelijks concertleven brengt steeds meer onrust in deze belangrijke fase van de klankvorming, en de benodigde concentratie ontbreekt. Daarom zou de blazer hier teruggrijpen naar een vastgeschreven programma, om de trefzekerheid  zo hoog  mogelijk te houden. Door tijdige voorbereiding komt er rust in het moment van de aanzet.

Toonvoorbereiding
-    ventiel op tijd indrukken
-    niet inademen op een lukraak moment, maar goed "getimed" (bijvoorbeeld in een moderato
     2-3- kwartnoten voor de eigenlijke toon. Bij een lastige inzet absoluut noodzakelijk!)
-    de mond bij het inademen niet onnodig openen (inademen door de neus of de mondhoek)
-    tegelijkertijd met het inademen de mond in de goede blaaspositie brengen, daardoor is een
     tijdige correctie mogelijk.
-    samen met het inademen de tong in de juiste positie voor de toonhoogte brengen; daardoor
     is ook hier een tijdige correctie mogelijk.
-    de toon tijdens het inademen "voorhoren" ofwel "voorstellen".

Over de ademhaling en de kwaliteit van de klank:

Het intensieve en gecontroleerde inademen begint vaak op den duur te lijden en degenereert graag naar een oppervlakkige ademhaling. Wij moeten inzien dat de manier van ademen de lucht- en klankvoering beïnvloedt. Ademen is leven en zou serieus genomen moeten worden (ik persoonlijk adem dagelijks en hartstochtelijk).Ademhaling dient niet al te theoretisch te worden benaderd: stel je gewoon voor, dat de lucht koel en vers langs de neustussenschotten wrijft. Of ruik zelfs aan de lucht. Dit soort voorstellingen brengen vaak meer teweeg, dan alle grijze theorie.

Over de kwaliteit van de klank:
Sommige musici accepteren de klank van hun instrument vaak gewoon zoals het klinkt. Eventuele ruis of onzuiverheden worden op de koop toegenomen.
Dit dit hoort niet zo. Breng het terug naar de essentie en wees eerlijk als je jezelf inschat. Hierbij de volgende oefening:
Speel op zo'n kort mogelijke afstand van een muur of spiegel in piano, en je hoort alles, wat anders alleen de geluidstechnicus in de opnamestudio zou horen.

Extreem pianissimo en fortissimo:

Speel jij ook niet bij het repeteren het grootste deel van het oefenwerk in mezzoforte en forte? Het pianissimo wordt meestal te weinig geoefend. Speel de oefeningen vaker zo zacht mogelijk. Je zult zien, hoe trefzeker je wordt bij het raken van de juiste toon.
Het extreem fortissimo zou procentueel een kleiner deel van het oefenen uitmaken, alleen al omwille van de sterke belasting. Toch zal het geoefend worden onder het motto: "Er bestaat niets goeds, tenzij het gedáán wordt". Het oefenen van extreem  geluidsvolume helpt om vertrouwd te raken met de eigen mogelijkheden.

Conclusie

Alleen door middel van zelfdiagnose en controle kan prestatie op den duur worden bijgehouden. Oordeel net zo objectief als je toenmalige leraar en blijf altijd aan jezelf werken. Onthou je ideaal van een goede klank.
Tenslotte nog een gevatte geestige opmerking over ons blazers en het oefenen, van George Bernard Shaw:
De slechte eigenschap van koperinstrumenten is, dat zij de longen sterken en daarmee de levensverwachting van de musici verhogen."

Nog veel plezier en succes toegewenst!